De euthanasiewet wordt periodiek geëvalueerd. De evaluatie van 2014 heeft een drietal aanpassingen opgeleverd. De meest in het oog springende aanpassing is het activeren en faciliteren van het schriftelijk euthanasieverzoek door de ministeries van Veiligheid en Justitie, Volksgezondheid Welzijn en Sport en de KNMG.
Dit is belangrijk voor mensen die weten dat zij in hun leven wilsonbekwaam worden, door bijvoorbeeld de ziekte van Alzheimer. Anderen mensen willen maximaal en optimaal hun eigen levenseinde zorg regisseren, daar hoort voor sommigen bij het opstellen van een schriftelijk euthanasieverzoek.
Tot januari 2016 is er in Nederland vrijwel geen arts geweest die bereid was een euthanasieverzoek uit te voeren van een wilsonbekwaam persoon, op basis van een schriftelijk euthanasieverzoek.
Dit is onder andere het gevolg van het ontbreken van praktisch juridische kennis en twijfel over de wijze waarop de euthanasiewet toegepast moet worden bij wilsonbekwame personen met dementie. Het ontbreken van jurisprudentie versterkt de terughoudendheid van artsen.
In 2016 is de arts Marinou Arends op basis van de uitkomsten van de evaluatie zo moedig geweest om aan een schriftelijk euthanasieverzoek van een diep demente vrouw te voldoen. Na uitvoerige dubbelcheck heeft Marinou Arends de euthanasie uitgevoerd.
Een groep artsen sprak daar schande van. Het gevolg daarvan is geweest dat het O.M. deze arts aangeklaagd heeft voor moord. In de daaropvolgende rechtszaak is de arts vrijgesproken. Vervolgens is de zaak voorgelegd aan de Hoge Raad. Ook hier werd Marinou Arends vrijgesproken en de werkwijze bij de uitvoering van de euthanasie als zorgvuldig beoordeeld.
In april 2021 ontving zij een lintje tijdens de jaarlijks lintjesregen ‘ridder in de orde van Oranje-Nassau’. Een docent verpleegkunde van de Haagse hogeschool, Peter Bakens, heeft haar voorgedragen samen met een collega.
In dit hoofdstuk volgt een samenvatting van een studie over euthanasie en over enkele wetenswaardigheden en over manipulaties door enkele ambtenaren.